Tussen 2003 en 2014 nodigde Frank Pollet zichzelf uit in 28 werkkamers van Vlaamse en Nederlandse dichters. Die werkruimtes vormden telkens de aanleiding om te praten over – vaak bizarre – schrijfgewoontes, boekenkasten, werk en leven. De meeste van deze interviews verschenen eerder in Poëziekrant, maar nu zijn ze dus lekker gebundeld in een boek.

Verwacht je niet aan zwaarwichtige gesprekken over literatuur, want Frank Pollet doorspekt zijn interviews met humor en gaat graag op zoek naar de bijzondere trekjes van zijn gesprekspartners. Zo ontdek je bijvoorbeeld dat Maud Vanhauwaert altijd in een witte zetel schrijft en dat dichter des vaderlands Charles Ducal weleens aan een pingpongtafel zit te pennen. Joris Denoo kan alleen maar werken op de gelijkvloerse verdieping, Geert De Kockere bekent dat hij niet van lezen houdt en Norbert De Beule gebruikt knuffelbeestjes om zijn boekenkast te ordenen.

Toch is het zeker niet een en al luchtigheid. Pollets gesprekken bevatten ook de nodige ernst. Ernst die bij het schrijven hoort óf bij het leven. De Werkkamer is een gevarieerde bundeling waarin het aangenaam lezen is. En het leukste van al: elk interview zet je op een ongedwongen manier aan om het werk van de dichter in kwestie (nog eens) ter hand te nemen.